Overslaan en naar de inhoud gaan
Hoe herken je de status van de omvormer?

Hoe herken je de status van de omvormer?

In het kort

Dit zijn de kleurcodes van de ledlampjes die de status van de omvormer aangeven. Ze verschillen naargelang het type installatie dat je hebt (SolarEdge of GoodWe). 

Afhankelijk van het type omvormer geven de kleurcodes van de ledlampjes de status van het systeem aan. Hieronder behandelen we de meest voorkomende situaties, afhankelijk van het systeem dat je hebt.
 

SolarEdge-installatie

  • Blauwe led brandt: de omvormer communiceert met het monitoringplatform.
  • Groene led brandt: het systeem produceert energie.
  • Groene led knippert: de netzijde is aangesloten, de panelen produceren geen energie (bijvoorbeeld 's nachts).
  • Rode led brandt: systeemfout. Om het fouttype te identificeren, zet je de ‘ON/ OFF/ P’-schakelaar op de omvormer in de stand P en laat je hem los. Zo kan je de systeeminformatie bekijken. Je kan ook de installatiehandleiding van de omvormer raadplegen voor beschrijvingen van de foutcodes.
     

GoodWe-installatie

  • Gele POWER-led brandt: de internetverbinding is actief
  • Gele POWER-led knippert: de internetverbinding is verbroken, omdat het signaal wegviel of de wifi-configuratie mislukt is. Als je omvormer een antenne heeft, stuur ons dan een bericht om te vragen naar de configuratiehandleiding voor de wifi als je het zelf wilt doen. Als er geen antenne op je omvormer zit of als de configuratie niet werkt, neem dan contact met ons op om een interventie te plannen. 
    Je kan ook naar de website van GoodWe gaan om de recentste wifi-installatie-instructies te downloaden, inclusief de snelle configuratie van de tracking-app voor de productie op je smartphone.
  • Rode led brandt: systeemfout. Controleer welke fout het is door naar de melding op het display van de omvormer te kijken (zie hieronder ‘Foutmeldingen GoodWe-omvormer’).
     

Foutmeldingen GoodWe-omvormer

  • Utility loss: er is een stroomonderbreking of een probleem met de stroomvoorziening. Het is dus niet noodzakelijk een storing van de omvormer zelf. Volg de volgende stappen om het probleem op te lossen:
     
    • Schakel de stroomonderbreker van de fotovoltaïsche installatie en de omvormer uit.
    • Schakel deze na ongeveer 30 minuten weer in.
    • Wacht enkele ogenblikken tot de installatie is opgestart en controleer ze.

Voor een optimaal resultaat voer je deze procedure uit op een moment dat het buiten zonnig is. Dan zal de omvormer zonder enig probleem opnieuw opstarten. 

Neem zeker ook contact op met je distributienetbeheerder: het is mogelijk dat er in je buurt elektriciteitswerken aan de gang zijn en dat de stroom om veiligheidsredenen tijdelijk wordt afgesloten.

  • Off power grid: er is geen spanning aan de netzijde (AC). Controleer de volgende elementen:
     
    • Is er een algemene netwerkstoring?
    • Is de AC-automaat of enige andere beveiligingsschakelaar uitgeschakeld?
  • VAC Failure: de netspanning heeft de normale bedrijfslimiet overschreden. De omvormer start automatisch binnen 5 minuten wanneer het net weer zijn normale waarde bereikt. Als dit niet het geval is, kan je ook:
     
    • De wisselspanning van het stroomnet checken en controleren of deze binnen het bereik ligt van de veiligheidsinstellingen voor het land dat je hebt ingesteld.
    • Controleren of alle AC-kabels naar behoren zijn aangesloten op het netwerk.
  • Isolation Failure: deze code wijst op een te hoge of te lage weerstand van je (veiligheids-)aarding. Een dergelijke afwijking wijst op een isolatiefout in het systeem. xxx
     
  • Het display geeft niets weer of de omvormer werkt niet. Controleer:
     
    • of er gelijkstroom (DC) van de zonnepanelen komt;
    • of de omvormer zelf of de externe DC-automaat is ingeschakeld.

Als er stroom van de panelen komt, geeft de omvormer aan dat er een storing is in het elektriciteitsnet of in de wisselstroomvoeding (AC) van de omvormer.

  • Het display geeft niets meer weer en/of de omvormer werkt plotseling niet meer. Volg de volgende stappen: 
     
    • Schakel de DC-automaat uit, verwijder de DC-connector en controleer de AC-spanning van de omvormer.
    • Plaats de DC-connector terug en schakel de DC-automaat in.
    • Als de wisselspanning lager is dan 250 V, controleer dan de configuratie van de omvormer.
    • Als de wisselspanning hoger is dan 250V, neem dan contact met ons op voor extra ondersteuning.

 

Nog steeds hulp nodig?

Neem contact met ons op