Overslaan en naar de inhoud gaan

Vijf fabeltjes over zonnepanelen weerlegd

Zonne-energie is big business. In de Verenigde Staten verdubbelde het aantal installaties in 2016. Toch bestaan er heel wat hardnekkige mythes over zonnepanelen. Zo zouden ze slecht scoren qua duurzaamheid. Tijd om de puntjes op de i te zetten.

Link symbol Kopieer link
Gekopieerd

Mythe 1: zonnepanelen verbruiken meer elektriciteit tijdens hun productie dan dat ze later opbrengen

Het klopt dat je vandaag nog fossiele brandstoffen nodig hebt om installaties met groene energie te produceren. Maar als je rekening houdt met de levensduur van zonnepanelen, krijg je een ander verhaal. De meeste zonnepanelen hebben al een positieve groene balans na minder dan vier jaar. Anders gezegd: de groene energie die ze tijdens die periode voortbrengen, overstijgt de “vervuilende” elektriciteit die nodig was voor het fabriceren van de panelen.

Mythe 2: grote zonneparken nemen grond in beslag die je beter kan bebossen of voor landbouw gebruiken

Niet noodzakelijk. Je kan bijvoorbeeld perfect zonneboerderijen bouwen op voormalige stortplaatsen of industriële sites. Sun Power, een Amerikaanse installateur van zonneparken, heeft projecten die landbouw en elektriciteitsproductie met elkaar verzoenen. Zo maken ze uitgeputte bodems opnieuw vruchtbaar. Er zijn zelfs projecten waar schapen tussen de zonnepanelen door lopen te grazen…

Mythe 3: zonnepanelen bevatten stoffen die giftig zijn voor mensen

Op het eerste zicht is de stelling waar. Zonnepanelen bevatten inderdaad de schadelijke stoffen lood en cadmium. Maar een zonnepaneel is bij gewoon gebruik erg veilig. Het is pas bij de recyclage of de ontmanteling van zonnepanelen dat er mogelijk risico’s ontstaan. De producenten van zonnepanelen zijn daarvan op de hoogte en bouwen voldoende veiligheidsmaatregelen in. Sommige zonnepanelen bevatten trouwens geen schadelijke stoffen meer.

Mythe 4: zonnepanelen verbruiken massa’s water

Thermische zonnepanelen hebben water nodig als koelmiddel. Dat komt omdat ze gebruik maken van de zonnewarmte. Fotovoltaïsche zonnepanelen daarentegen zetten het licht van de zon om in energie. Water is alleen noodzakelijk voor de productie ervan. Grote zonnepanelen moeten regelmatig met water gereinigd worden, anders worden ze minder efficiënt. Al bestaan er reinigingsrobots die erg zuinig zijn en tot 75 % minder water verbruiken. Dat er water nodig is voor de productie en het onderhoud van zonnepanelen is dus waar. Alleen is er bij de traditionele elektriciteitsproductie veel meer van het blauwe goud nodig.

Mythe 5: zonnepanelen kunnen niet hergebruikt worden

De gemiddelde levensduur van een zonnepaneel bedraagt zowat dertig jaar. Maar dat wil niet zeggen dat je ze dan hoeft af te schrijven. Integendeel, er komen steeds meer initiatieven om zonnepanelen te recycleren. De Amerikaanse vereniging van zonnepaneelproducenten, Solar Energy Industries Association, brengt verschillende spelers uit de sector samen. Doel: verhinderen dat afgedankte zonnepanelen op een stortplaats eindigen en ervoor zorgen dat ze een tweede leven krijgen.

 

Wil je ook een rol spelen in de energietransitie ?

Ontdek ons aanbod